Met het landelijke project Zorg in Onderwijstijd (ZiO) bereiden de ministeries van OCW en VWS zich voor op een mogelijke collectieve financiering van zorg in het speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs, cluster 3 en 4. Het doel is om de financiering en organisatie van zorg in onderwijstijd zo te vereenvoudigen, dat de belasting en bureaucratie voor ouders en (v)so- scholen wordt geminimaliseerd, de kwaliteit van zorg en onderwijs op peil blijft én er ruimte komt voor flexibiliteit. Niet langer voor elk kind een aparte beschikking of indicatie, maar ruimte om met vaste zorgaanbieders op school in te spelen op wat nodig is. In opdracht van de ministeries van OCW en VWS doen DSP-groep en Oberon samen met Onderwijsconsulenten onderzoek naar de mogelijkheden en opzet van collectieve financiering van zorg in het speciaal onderwijs. Uiteindelijk doel is de problemen die (v)so-scholen en ouders nu ondervinden bij de organisatie en financiering van zorg in onderwijstijd, te verlichten. Het programma beslaat drie jaar (2020-2022) en bestaat uit drie onderdelen:
- Onderwijsconsulenten zetten zogeheten zorgarrangeurs in om op 50 (v)so-scholen (cluster 3 en 4) hands-on ondersteuning te bieden bij het regelen van de financiering van zorg in onderwijstijd en bij het inzetten van zorggelden waar hun leerlingen vanuit de zorgwetten aanspraak op kunnen maken.
- Landelijk representatief onderzoek naar de huidige inzet en bekostiging van zorg en ondersteuning met de 50 arrangeerscholen als steekproef.
- Begeleiding en monitoring van 2 pilotregio’s – Twente en Hart van Brabant – die collectieve financiering van zorg in onderwijstijd in de praktijk uitproberen. De regio Hart van Brabant heeft inmiddels de eindrapportage opgeleverd.
Hieronder zijn de resultaten te bekijken, gebundeld in een eindrapportage, met daarin aandacht voor alle onderdelen van het onderzoek: de landelijk representatieve inventarisatie op de arrangeerscholen, de ontwikkelingen in de pilots en in de rest van het land en de uitkomsten van de beleidssimulatie.